Platform Modernisering Strafvordering

Pmsv

Platform Modernisering Strafvordering

Het kan u niet zijn ontgaan dat het Ministerie van Justitie en Veiligheid bezig is met de grootste wetgevingsoperatie van deze eeuw tot nu toe: de modernisering van het Wetboek van Strafvordering. Het is een onderneming die haar weerga in het strafrecht in ieder geval niet kent sinds de introductie van het huidige Wetboek van Strafvordering in 1926.
Lees verder

Recente artikelen

Achter de feiten aan. De mogelijkheden van de verdediging om bij te dragen aan de feitenvaststelling in strafzaken04/2024

Mr. dr. Marianne Lochs
Trefwoorden: tegenspraak, feitenonderzoek, verdedigingsrechten, deskundigen, contradictoir process

    Een van de uitgangspunten van het nieuwe Wetboek van Strafvordering is dat het strafproces een tegensprekelijk karakter heeft. Dat uitgangspunt brengt mee dat van de verdediging actieve deelname wordt verwacht, ook waar het gaat om het aandragen van informatie, het doen van verzoeken en het voeren van verweren die licht kunnen werpen op de in de visie van de verdediging relevante feiten. In deze bijdrage wordt geïnventariseerd hoe het er in het nieuwe wetboek voorstaat met de mogelijkheden voor de verdediging om invloed uit te oefenen op de feitenvaststelling. Aan de hand van een bespreking van de mogelijkheden voor het aandragen van informatie, het horen van getuigen en deskundigen, het verrichten van overig onderzoek zoals inbeslagneming en doorzoeking, en het zelfstandig verrichten van onderzoek door de verdediging, wordt onderzocht of de positie van de verdediging in dit opzicht wordt verstevigd.

Mr. dr. Marianne Lochs

Mr. dr. M. (Marianne) Lochs is universitair docent straf- en strafprocesrecht aan de Universiteit Leiden.

Toch minder ruimte voor het rechterlijk toezicht in het nieuwe wetboek? Beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald02/2024

Mr. dr. M. Samadi
Trefwoorden:

    In mei 2022 publiceerde de Afdeling advisering van de Raad van State haar advies op het toenmalige wetsvoorstel van het nieuwe Wetboek van Strafvordering. In dit advies toonde de Afdeling zich in het bijzonder kritisch op een tweetal wijzigingen van de huidige regeling aangaande de rechterlijke reactie op onrechtmatigheden in het strafrechtelijk onderzoek, te weten de verruiming van de reikwijdte van de regeling en de invoering van het nieuwe criterium ‘het belang van een goede rechtsbedeling’ als normatief richtsnoer bij de toepassing van processuele sancties als reactie op onrechtmatig strafvorderlijk handelen. Inmiddels heeft de minister gehoor gegeven aan dit advies en deze voorgestelde wijzigingen in belangrijke mate teruggedraaid. Daardoor is het de vraag wat nu precies wordt beoogd met deze nieuwe regeling? In dit artikel vindt een kritische bespreking plaats van het advies van de Afdeling en de laatste versie van het wetsvoorstel. Beargumenteerd wordt dat juist deze twee wijzigingen een belangrijke bijdrage (hadden) kunnen leveren aan de volledigheid van het toezicht op de opsporing en roept in dat licht op tot (opnieuw) een herziening van de regeling.

Mr. dr. M. Samadi

Mr. dr. M. (Mojan) Samadi is universitair docent straf- en strafprocesrecht aan de Universiteit Leiden.

CTRL+ALT+DEL: De keuring van technische hulpmiddelen10/2022

Mr. C.M. Taylor Parkins-Ozephius, Mr. D.A. Wendt en D.A.G. van Toor PhD LLM BSc
Trefwoorden: Technische hulpmiddelen, Keuring, Besluit THS, Besluit OGW

    In deze bijdrage gaan wij in op het begrip technisch hulpmiddel en twee daaraan gekoppelde discussiepunten, te weten de definitie van technisch hulpmiddel en de voorafgaande keuring van software. Op basis daarvan beantwoorden wij in deze bijdrage de vraag wat het toekomstige recht moet regelen met betrekking tot de keuring van technische hulpmiddelen.

Mr. C.M. Taylor Parkins-Ozephius

Mr. C.M. (Celine) Taylor Parkins-Ozephius is als docent ­straf(proces)recht verbonden aan het Willem Pompe Instituut voor Strafrechtswetenschappen van de Universiteit Utrecht.

Mr. D.A. Wendt

Mr. D.A. (David) Wendt is als docent ­straf(proces)recht verbonden aan het Willem Pompe Instituut voor Strafrechtswetenschappen van de Universiteit Utrecht.

D.A.G. van Toor PhD LLM BSc

D.A.G. (Dave) van Toor PhD LLM BSc is als universitair docent verbonden aan het Willem Pompe Instituut voor Strafrechtswetenschappen en het Montaigne Centrum voor Rechtstaat en Rechtspleging van de Universiteit Utrecht.

De strafvorderlijke normering van het geautomatiseerd overnemen van persoonsgegevens uit publiek toegankelijke bronnen met behulp van webcrawlers03/2022

Mr. R.J.A. Klaar
Trefwoorden: Webcrawler, Publiek toegankelijke (internet)bron, Geautomatiseerd overnemen, Stelselmatigheidscriterium, Persoonsgegevens

    In dit artikel staat de vraag centraal in hoeverre opsporingsautoriteiten op basis van de relevante gezichtspunten/factoren voor stelselmatigheid en bezien in het licht van de huidige technische mogelijkheden van een webcrawler de mate van inbreuk op de persoonlijke levenssfeer kunnen inschatten en de aard en ernst van die inbreuk zoveel mogelijk kunnen beperken.

Mr. R.J.A. Klaar

Mr. R.J.A. (Roel) Klaar is werkzaam als stafjurist/onderzoeker bij het Kenniscentrum Cybercrime voor de Rechtspraak.

De Innovatiewet Strafvordering: meeliften op een hype?03/2022

Prof. mr. M.J. Jacobs
Trefwoorden: innovatiewet, experimenteerregelgeving, uitprobeerfase, Aanwijzingen voor de regelgeving

    In het kader van de modernisering van het Wetboek van Strafvordering werd afgelopen zomer een interessant wetsvoorstel bij de Tweede Kamer ingediend: de ‘Innovatiewet Strafvordering’. Deze innovatiewet heeft namelijk als doel om alvast ervaring op te doen met een zestal procedures, bevoegdheden en instrumenten waarvan het de bedoeling is dat die te zijner tijd een plaats krijgen in het nieuwe Wetboek van Strafvordering. Op een na (waarover later meer) staan alle procedures die in de Innovatiewet Strafvordering staan ook in de in 2020 openbaar gemaakte ambtelijke versie van het Wetsvoorstel tot vaststelling van het nieuwe Wetboek van Strafvordering. Daaruit kan worden afgeleid dat de regering van vijf van de zes procedures al weet dat zij deze onderwerpen in het nieuwe Wetboek van Strafvordering wil opnemen. Het opdoen van ervaring is erop gericht om eventuele ‘kinderziektes’ in de nieuwe procedures vroegtijdig aan het licht te laten komen en te verhelpen.

Prof. mr. M.J. Jacobs

Prof. mr. Rianne Jacobs is bijzonder hoogleraar Wetgeving en reguleringsvraagstukken aan de VU Amsterdam en raadadviseur bij de directie wetgeving en juridische zaken van het Ministerie van Justitie en Veiligheid.